Standhouders ‘popki dyari’ moeten weg
Personen die verkopen op het terrein dat bekendstaat als ‘Popki dyari’, moeten voor 1 januari 2023 de plek verlaten. Al jaren wordt er een gedoogbeleid gevoerd ten aanzien van het gebruik.
Standhouders die voornamelijk kleding en schoeisel verkopen in ‘popki dyari’ zijn ten einde raad. Zij hebben gisteren te horen gekregen dat zij de plek waar zij langer dan vijf jaar verkopen moeten ontruimen.
De bijkans vijftien standhouders kwamen vanochtend voor een gesloten poort te staan. De poort is toen eigendunkelijk opengemaakt om te kunnen verkopen. “Wij betalen dagelijks SRD 70 aan stand- en parkeergeld,” zegt woordvoerder Caroline Veenhuijzen aan De Snelle Pen.
De naam van een voormalig regeringsfunctionaris GN wordt genoemd als degene die als beheerder optreedt en gelden laat innen. Echter krijgen de verkopers geen bewijs van betaling. De standgelden zijn door de jaren heen verhoogd van SRD 20 naar SRD 25 en toen naar SRD 35. Thans betaalt elke standhouder SRD 50 per dag en SRD 20 voor het parkeren.
De verkopers zijn boos, omdat zij flink hebben geïnvesteerd in het terrein door opvulzand te plaatsen en zelf hun stands op te zetten. “We krijgen steeds weer van derden te horen dat de plek aan hun toebehoort. Er wordt dagelijks geïnd bij ons in opdracht van GN. Wij vinden het jammer dat we van één op andere dag moeten verhuizen.”
We willen weten waar onze gelden naar toe zijn gegaan.
De groep vraagt zich af waar zij naartoe moeten, omdat zij met de inkomsten voorzien in hun dagelijkse behoefte. “Wij gaan een jurist in de arm nemen om na te gaan waar onze gelden zijn gebleven die wij jarenlang dagelijks hebben betaald.” De verkopers zijn ook de dupe van diefstal, waarvoor zij zelf moeten opdraaien. “Wij willen hier blijven totdat men een geschikte plek voor ons heeft. Voor dit jaar gaan we niet meer weg van hier. We hebben geïnvesteerd om kleding uit Nederland te laten halen. Wie gaat ons vergoeden?”
De verkopers willen dat er een einde komt hieraan. “Wij hebben GO nog niet gezien. We zien hem alleen als er wordt geïnd. We willen weten waaraan we toe zijn. We willen weten waar onze gelden naar toe zijn gegaan.”
De standhouders zien graag dat een stuk voor hun wordt afgebakend zodat zij kunnen blijven verkopen.
Hetgeen de woordvoerder zegt wordt ondersteund door: Maureen Azijnman, Nisha Kishun, Gerda Meerzorg, Gordon Astrid, Marion Hornberger, Maina Bharati en John Juriaans.