Wat begon als een arbeidsrelatie eindigde in een gruwelijk misdrijf. De hoofdverdachte in de moordzaak rond ondernemer A.A. is een voormalige werknemer van het slachtoffer. Volgens het Openbaar Ministerie beraamde hij samen met medeverdachten een plan om de man te overvallen, te mishandelen en uiteindelijk om het leven te brengen. Justitie eist 35 jaar cel voor de koelbloedige daad.
Het Openbaar Ministerie (OM) heeft forse gevangenisstraffen geëist tegen drie verdachten in een schokkende zaak van roofmoord. De hoofdverdachten, S.M. en R.J., riskeren elk 35 jaar celstraf voor hun betrokkenheid bij de gewelddadige dood van de ondernemer A.A. in het district Wanica. Het lichaam van het slachtoffer werd later teruggevonden in een verlaten mijngebied bij Rijsdijk.
Volgens het OM werd A.A. in zijn woning overvallen, vastgebonden en mishandeld, waarna hij om het leven werd gebracht door fatale steekverwondingen. De daders zouden zijn lichaam vervolgens in zijn eigen voertuig hebben afgevoerd en begraven. Later keerden zij terug naar de woning om waardevolle spullen mee te nemen. Daarnaast werd er herhaaldelijk geprobeerd geld op te nemen met de bankpas van het slachtoffer.
De hoofdverdachte S.M. – een voormalig werknemer van het slachtoffer – zou samen met R.J. en T.G. het misdrijf zorgvuldig hebben voorbereid en uitgevoerd. Eén van de verdachten heeft inmiddels bekend, terwijl de anderen hun betrokkenheid ontkennen. Het OM zegt echter over overtuigend bewijs te beschikken, waaronder forensisch materiaal, telefoongegevens, getuigenverklaringen en bekentenissen.
Tijdens haar requisitoir onderstreepte de officier van justitie het gruwelijke karakter van het misdrijf. “De verdachten hebben op kille en georganiseerde wijze het leven van een medemens beëindigd. Dit toont een schrijnend gebrek aan respect voor de waarde van het menselijk leven,” aldus de officier. “Zulke gewelddaden moeten met gepaste zwaarte worden bestraft, niet alleen om gerechtigheid te doen aan het slachtoffer en diens nabestaanden, maar ook om een krachtig signaal af te geven aan de samenleving: dit soort daden worden niet getolereerd.”
Naast de eis van 35 jaar cel tegen S.M. en R.J., eist het OM ook een straf van 20 maanden – waarvan 10 voorwaardelijk – tegen H.V., die verdacht wordt van betrokkenheid bij de poging tot pinfraude met de bankpas van het slachtoffer.
De moord op A.A. heeft diepe sporen nagelaten bij zijn familie en binnen de gemeenschap. “De nabestaanden leven met een onherstelbaar verlies. Daarnaast heeft dit misdrijf het veiligheidsgevoel in de samenleving ernstig aangetast,” zei de officier. “Het vertrouwen in onze rechtsorde is hiermee onder druk komen te staan. Een stevige juridische reactie is dan ook noodzakelijk.”
